Let op! Dit is aanvullende tekst op het hoofdstuk "Jij als bestuurder" in je app:
Lees deze tekst rustig door. Het gaat er om dat je  begrijpt dat conditie belangrijk is. En dat je weet hoe het zit met verdovende middelen. Je kunt vragen op je examen verwachten over dit onderwerp.

De vragen gaan over:
1. Lichamelijke gesteldheid.
2. Geestelijke gesteldheid.
3. Zintuigen.
4. Alcohol, medicijnen en drugs.

Zoveel mensen, zoveel verschillende reacties op heel veel verschillende situaties. Daar is verkeersinzicht voor nodig om veilig door het verkeer te komen.
Ieder persoon reageert weer anders. Misschien ben jij die dag ook niet helemaal jezelf. Misschien moet je straks naar de tandarts of krijg je de uitslag van een sollicitatie.

Of ga je morgen op vakantie en ben je nu op weg naar huis om je koffer te pakken.

Of heeft die aannemer die je ingehuurd hebt om je badkamer op te knappen, het nog steeds niet begrepen en ben je op weg om hem het voor de zoveelste keer uit te leggen.

Kortom boosheid, nervositeit of een opperbeste stemming zorgen ervoor dat je misschien anders reageert dan dat je normaal zou doen.

Vermoeidheid of misschien hoofdpijn speelt een rol oftewel je eigen lichamelijke gesteldheid. Zo kun je er zelf ook wel een paar noemen.

En dat geldt voor iedereen.

Als je langs een ziekenhuis rijdt, kan je ander verkeersgedrag opmerken dan wanneer je door een woonwijk rijdt. Aan jou de taak om dit soort zaken op tijd op te merken en daar je rijgedrag op aan te passen.

En dat klinkt heel raar om het zo te lezen maar in werkelijkheid, als je wat meer verkeersinzicht hebt, gebeurd dat in een fractie van een seconde en denk je er eigenlijk niet meer zo over na.

Maar we moeten het samen doen. Niet meteen op je toeter gaan hangen als je medeweggebruiker een fout maakt. Zorg dat je in staat bent om het op te lossen. Het is een kwestie van geven en nemen. Een beetje begrip en respect opbrengen voor je medeweggebruiker is een voorwaarde voor een veilige verkeersdeelname.

Zintuigen

Als je auto rijd, krijg je op verschillende manieren informatie binnen. Natuurlijk door gewoon te kijken. Informatie van verkeersborden en verkeerslichten. Bewegingen van je medeweggebruikers. Op de rijbaan of op het trottoir. Zorg dat je altijd goed kunt zien. Misschien toch maar even naar de opticiën? Of je ramen schoonmaken?

Misschien ruik je brandstof of verbrande olie. Of staat er ergens iets in brand en hoor je die sirenes steeds dichterbij komen.

Luisteren is dus ook een informatiebron. Het is dus geen goed idee om altijd maar die radio op standje 10 te zetten.

Misschien voel je iets aan je auto. Trillingen of wegglijden. Hoe je zit in de auto is dus ook belangrijk.

Niet alleen je zintuigen zijn belangrijk. Ook je lichamelijke conditie. Ben je goed in vorm en uitgerust? Het is misschien een beetje overdreven om nu meteen naar een sportschool te rennen maar wees in ieder geval bewust dat je sneller moe word als je niet in vorm bent. Zit je kleding lekker?

Alcohol, drugs en medicijnen

De wet Artikel 8.1 van de Wegenverkeerswet 94 zegt:

"Het is een ieder verboden een voertuig te besturen, als bestuurder te doen besturen of als begeleider op te treden, terwijl hij verkeert onder zodanige invloed van een stof, waarvan hij weet of redelijkerwijs moet weten, dat het gebruik daarvan - al dan niet in combinatie met het gebruik van een andere stof - de rijvaardigheid kan verminderen, dat hij niet tot behoorlijk besturen of tot behoorlijk te begeleiden in staat moet worden geacht."

Met andere woorden: Als jij of je rij-instructeur of je rijcoach (hij zit naast je als je wel je rijbewijs hebt maar nog geen 18 bent) onder invloed is van alcohol, drugs of medicijnen, je geen motorrijtuig mag besturen.

Bij verkeerscontroles zijn op verschillende manieren aantoonbaar of jij onder invloed achter het stuur zit. Blaastesten bij controle van alcohol zijn bekend. Een blaastest geeft alleen maar aan of je gedronken hebt of niet. Is de blaastest positief dan mag je na een kwartier nog een keer blazen. Men gaat ervan uit dat als je net nog je laatste slokje hebt genomen vlak voordat je gaat rijden, de resten in je mond de blaastest kan beïnvloeden. Is het daarna nog steeds positief dan krijg je in ieder geval een rijontzegging van 24 uur en moet je mee naar het bureau waarbij je een ademtest moet uitvoeren die nauwkeurig het promillage meet. Je bent verplicht om met deze tests mee te werken. Als je weigert, wordt dat gelijkgesteld met een alcoholgehalte in schaal 9: 866 - 945 µg/l of 2,01 - 2.15 8‰.
Dat is een boete van €1000,- en een onvoorwaardelijke rijontzegging van 9 maanden.

Als bestuurder ben je dus strafbaar met teveel alcohol op. En bestuurders zijn alle weggebruikers behalve voetgangers en kan je je rijbewijs kwijtraken! Hoewel je als voetganger of fietser ook een boete kan krijgen voor openbare dronkenschap, hoef je niet te blazen.

Vanaf 1 juli 2017 mag de politie onderzoek doen naar drugsgebruik bij bestuurders Bij dat onderzoek wordt met een wattenstaafje wat speeksel uit je mond gehaald. De speekseltest is een aanvulling op de alcoholtest en kan cocaïne, opiaten, marihuana en methamfetamines herkennen. Momenteel kan de politie alleen drugs aantonen met een bloedtest.

Wel bestaan er twijfels over de effectiviteit van de test. THC, de werkzame stof in cannabis, wordt opgenomen in het vetweefsel en zeer langzaam door de nieren uit het bloed gefilterd. Mensen kunnen tot 14 uur na het blowen nog THC in hun speeksel hebben. In het bloed is de stof nog enkele dagen later aan te tonen, in de urine zelfs maanden later. Daarom is het soms moeilijk vast te stellen of de bestuurder op het testmoment zelf onder invloed is.