De voorrangsborden moeten ook elke kruising herhaald worden als het een voorrangsweg moet blijven. Staan deze borden er niet, dan moet je de verkeersregels toepassen.
Voorrangsweg.
Dit bord staat binnen de bebouwde kom voor de kruising, buiten de bebouwde kom staat dit bord na de kruising.
Einde voorrangsweg.
Na dit bord komen er weer wegen van rechts waarbij je bestuurders voorrang moet verlenen.
Voorrangskruispunt.
Opgelet! Bij de volgende kruising heb jij voorrang. Dus alle bestuurders die van links en van rechts komen moet aan jou voorrang verlenen.
Voorrangskruispunt met een weg van links.
Opgelet! Bij de volgende kruising heb jij voorrang. Dus alle bestuurders die van links komen moet aan jou voorrang verlenen.
Voorrangskruispunt met een weg van rechts.
Opgelet! Bij de volgende kruising heb jij voorrang. Dus alle bestuurders die van rechts komen moet aan jou voorrang verlenen.
Verleen voorrang aan de bestuurders van de kruisende weg.
Opgelet! Je rijdt nu een voorrangsweg op, verleen voorrang aan alle kruisende bestuurders. Er liggen ook haaientanden die dezelfde betekenis hebben.
Stop: verleen voorrang aan de bestuurders van de kruisende weg.
Opgelet! Verleen voorrang aan alle kruisende bestuurders met de verplichting om te stoppen voor de stopstreep of haaientanden. Dit bord vind je op onoverzichtelijke kruisingen.